Helaas werd deze aanvraag tot dispensatie niet op de website GenBronnen teruggevonden en weten we niet wat er precies speelde.
Uit het huwelijk worden er in Roermond 3 kinderen geboren:
- Maria Sybilla, 10-11-1718
- Joannes Franciscus, 06-06-1720 en
- Maria Hendrina, 19-07-1723.
Gelukkig heb ik tijdens mijn bezoek aan het gemeentearchief van Roermond meer kunnen vinden over de afkomst van Maria Catharina maar ook over de familieverbanden met stiefvader Johannes Peters.
In het archief van het Hoofdgerecht van Roermond trof ik namelijk een proces aan tussen de kersverse schoonzoon Johannes Michael en zijn stief-schoonvader.[1]
Handtekening 'Joannes Catalan' |
Uit de stukken blijkt dat Johannes Peters een meester glazenmaker was en dat hij zijn schoonzoon sinds 1719 als leerjongen in dienst had. Tijdens zijn leerjaren werd overeengekomen dat hij als werkloon 1 schelling per dag zou krijgen.
Volgens de schoonzoon, echter, had hij recht op een rijksdaalder huishuur per jaar (zoals hem dat eens beloofd is), kreeg zelfs zijn vrouw nog 10 rijksdaalders en er was een bepaalde kast die bij zijn schoonouders in de keuken stond en die hun als uitzet toegezegd was. In totaal kwam het volgens Johannes Michael neer op 21 rijksdaalders en 5 schelling.
Van de 'ideale' schoonzoon is gelukkig deze handgeschreven gespecificeerde lijst overgebleven!
Maar laten we niet te snel oordelen, want in dit proces kreeg ook 'schoonvadertje lief' de kans om het een en ander als verweer in te brengen. Zijn reactie is als volgt genoteerd:
In de lijst van schulden die Johannes Peters heeft opgesteld staan een paar posten vermeld waaruit we een goed idee hebben wat er zoals bij een huwelijk kwam kijken en hoeveel bier er doorheen ging:
Het hoofdgericht stelt als slot aan dat het relaas van Johannes Michael 'verclaert sal worden nijet gefundeert, nochte ontfanckbaer cum expensis' en dat hij de kosten van het geding zal moeten betalen.
Waarschijnlijk zal de familierelatie er niet beter op geworden zijn en verhuisd het gezin van Johannes Michael tussen 1723 en 1724 naar Venray.
Hoe het reilen en zeilen later ging is niet bekend. Wel maakte op 3 maart 1727 Joannes Peeters 'borger ende glaesmaecker deser stadt ende Maria Elisabeth Tiremans, eheluden' hun testament op voor het stad en hoofdgerecht van Roermond.[2] Vreemd genoeg is deze enige passage waar het hun om gaat:
'dat hun comparanten eentsige dochter Joanna Peeters ter exclusie van haar comparante voorkinderen, verwekt bij Joannes Cruijsberg, naer hunner comparanten doodt sal beerven, alle hunne ongereijde goederen, soo de tweede comparante geduerende haeren weduwelicken staet magh hebben geacquireert, als oock soo den eersten comparant ten houwelicken moogen sijn gebracht, ofte door beijde de comparanten geduijrende het houwelick moogen sijn'
Tot zover dit stukje familiegeschiedenis waar het om draait dat elk huisje zijn kruisje heeft.
Of er dus nog wat voor de andere half broers en zusters overbleef is eigenlijk niet bekend. Wel weten we dat er een stukje land uit familiebezit van de ouders van Maria Catharina vrij kwam, hetgeen op 8 juni 1735 werd verkocht:
Joannes Michiel Catelan, met schriftelijcke volmacht van dessens huijsvrouwe Maria Catharina Cruijsbergh en Martha Cruijsbergh weduwe van Henricus Tap hebben aan Areth Pluijmen en Maria Geertruijdt van Herten verkocht een 'seecker stuck landts, gelegen in den Ruremondtschen weerdt, ter eenre het erve van t'munster clooster, en dat van de aencooperen ter andere sijde, groot ongeveer een half boender' voor de prijs van 95 pattacons.
Noten:
[1] Procesdossier nummer: 2518.
[2] Hoofdgerecht Roermond, inventarisnummer 354.
[3] Idem, inventarisnummer 329.
Giorgio Zanoli